Quick facts over de flexi-job

Anneleen zet ze even op een rijtje

1. Mogelijk in meer dan 20 sectoren

  • Bakkerijen en banketbakkerijen (PC 118.03)
  • Handel in voedingswaren (PC 119)
  • Zelfstandige kleinhandel (PC 201)
  • Middelgrote levensmiddelenbedrijven (PSC 202.01)
  • Kleinhandel in voedingswaren (PC 202)
  • Grote kleinhandelszaken (PC 311)
  • Warenhuizen (PC 312)
  • Kappers en schoonheidsverzorgers (PC 314)
  • Sportsector (PC 223)
  • Sector van bioscoopzalen (PSC 303.03)
  • Podiumkunsten en muziek (maar geen artistieke functies) (PC 304)
  • Zorgsector (PC 330)

  • Voedingsindustrie (PC 118)
  • Autosector (PC 112)
  • Begrafenisondernemingen (PC 320)
  • Land- en tuinbouw (PC 132)
  • Autorijscholen (PC 200)
  • Vastgoedsector (PC 323)
  • Verhuissector (PC 140.05)
  • Bussen en autocars (PC 140.01)
  • Eventsector (verspreid over verschillende PC's)
  • Het onderwijs
  • De kinderopvang (PC 331)
  • De publieke sport- en cultuursector

2. Toegangsvoorwaarden voor de flexi-jobber met controle op kwartaalbasis

3. Werkgeversbijdrage van 28% op het flexiloon

4. Vakantiegeld ter hoogte van 7,67% (in het loon inbegrepen)

5. Jaarplafond van 12.000 euro voor niet-gepensioneerden (verwachte verhoging naar 18.000 euro na goedkeuring door de federale regering)