Kernpunten uit de Miljoenennota voor HR- en salarisprofessionals
Op de derde dinsdag van september stond Den Haag weer in het teken van traditie, rituelen en politieke keuzes die direct gevolgen hebben voor onze portemonnee, de economie en de toekomst van ons land. Inmiddels is de Miljoenennota voor 2026 gepresenteerd en weten we welke koers het kabinet het komende jaar wil varen.
We nemen je mee langs de belangrijkste plannen en maatregelen, de effecten voor werknemers en werkgevers voor jou op een rijtje gezet. Van nieuwe fiscale maatregelen tot de belangrijkste wijzigingen in arbeidswetgeving. Zodat jij tussen de hoedjes door, een duidelijk overzicht krijgt voor 2026.
Heb je vragen of wil je meer informatie? Bel onze specialisten via 076 - 523 1350 of stuur een e-mail naar taxandlegal_nl@sdworx.com.
Let op: de aangekondigde maatregelen en tarieven zijn nog niet definitief. Het parlement kan deze nog wijzigen.
Gratis on-demand webinar Prinsjesdag 2025
Op donderdag 18 september geven onze arbeidsjuristen en fiscalisten een webinar. Daarin bespreken zij de meest relevante ontwikkelingen voor HR- en salarisprofessionals en vertalen dit naar praktische tips voor jouw organisatie.
Kernpunten uit de Miljoenennota 2026
Minister van Financiën, Eelco Heinen, benadrukt dat Nederland er goed voor staat. Er waren nog nooit zoveel mensen aan het werk. Daarnaast stijgt de koopkracht, daalt de armoede en is de staatsschuld laag.
De vergrijzing en oplopende kosten voor zorg en sociale zekerheid laten de overheidskosten op termijn oplopen. Hierdoor moeten de volgende kabinetten scherpe keuzes maken om te voorkomen dat de overheidsuitgaven te sterk gaan stijgen.
Ontwikkeling in de economie
De Nederlandse economie staat er goed voor. Nederland is de 5e economie van de Europese Unie en de 18e economie ter wereld. Vergeleken met andere landen is de arbeidsparticipatie hoog en de werkeloosheid laag. Nederland profiteert als open economie van internationale en Europese samenwerking en handel. De Nederlandse economie groeit naar verwachting in 2025 door met 1,6% en 1,4% in 2026. Dit komt volgens het Centraal Planbureau (CPB) vooral door hogere consumptieve bestedingen van huishoudens en de overheid. In 2024 groeide de Nederlandse economie met 1,1%.
De koopkracht van huishoudens gaat er in 2026 gemiddeld met 1,3% op vooruit. Het Kabinet verhoogt de arbeidskorting om werken meer te laten lonen. Dit wordt weer gedekt uit het verhogen van het tarief in de eerste schijf van de inkomstenbelasting.
De uitgangspositie van Nederland is goed: de werkloosheid en overheidsschuld zijn relatief laag. Het inkomen per hoofd van de bevolking is in vergelijking met andere Europese landen hoog.
Op lange termijn kent de Nederlandse economie ook uitdagingen, waaronder vergrijzing en de afnemende productiviteitsgroei.
Klik op de afbeeldingen om te vergroten ➜
Lonen en inflatie
De koopkracht in Nederland ontwikkelt zich positief, omdat de lonen harder stijgen dan de inflatie. In 2023 is een forse cao-loonstijging van 5,9% ingezet in reactie op de recordhoge inflatie van 10% in 2022. In 2024 stegen de cao-lonen zelfs met 6,7%, de hoogste loonstijging in 40 jaar. Naar verwachting stijgen de lonen in 2025 met 4,9% en in 2026 met 4,2%.
Ook lastenverlichtingen tijdens deze kabinetsperiode via de inkomstenbelastingen en de verhoging van de toeslagen dragen bij aan de verbeterde koopkracht.
Werkeloosheid is laag
De werkloosheid blijft laag en de spanning op de arbeidsmarkt neemt iets af. Het aantal mensen dat werkt is historisch hoog. De werkloosheid was in 2024 3,7%. Het CPB verwacht een werkloosheid van 3,8% in 2025 en 4% in 2026.
Sinds 2021 zijn er meer vacatures dan werklozen, wat zorgt voor spanning op de arbeidsmarkt. Deze spanning bereikte een hoogtepunt in het 2e kwartaal van 2022 met 142 vacatures per 100 werklozen. In het 2e kwartaal van 2025 daalde de spanning tot 101 vacatures per 100 werklozen. Dit houdt niet in dat voor (bijna) alle werklozen een geschikte vacature te vinden is. Er is vaak sprake van een mismatch tussen in vacatures gevraagde vaardigheden en die van werkzoekenden.
Doordat steeds meer mensen werken, groeit ook de Nederlandse economie. Tussen 1995 en 2024 is de Nederlandse economie 77% groter geworden. Een belangrijke oorzaak van deze groei is de toename in de arbeidsparticipatie.
In het eerste kwartaal van 2025 was de arbeidsparticipatie ongeveer 73%. Nederland heeft de hoogste arbeidsparticipatie van de Europese Unie (EU). 10 jaar geleden lag de arbeidsparticipatie nog rond de 66%.
Doordat meer vrouwen, ouderen en jongeren werken, groeit de arbeidsparticipatie en daarmee de economie. Dit heeft te maken met toegenomen opleidingsniveaus, veranderende rolopvattingen in de maatschappij over werk, een betere aansluiting op de arbeidsmarkt en de stijging van de (gezonde) levensverwachting.
Anderzijds ligt het aantal gewerkte uren per werkende in Nederland laag vergeleken met andere Europese landen. In Nederland werken veel mensen in deeltijd. De gemiddelde werknemer werkt 32,1 uur per week, ten opzichte van het EU-gemiddelde van 36 uur per week.
Vergrijzing
De vergrijzing zorgt op termijn voor een steeds hogere lastendruk op arbeid. Momenteel staat tegenover de groep van 20-65 jaar een groep van ruim 30% die 65 jaar en ouder is. Medio 2040 zal dit naar verwachting bijna 50% zijn.
Ook het aandeel van Algemene Ouderdomswet (AOW) gerechtigden ten opzichte van de beroepsbevolking stijgt van 30% naar 37% in 2040. Deze toename heeft gevolgen voor de verdeling van financiële baten en lasten over huidige en toekomstige generaties. Ouderen zullen immers geleidelijk minder deelnemen aan de arbeidsmarkt en maken meer gebruik van de zorg. De resterende groep werkenden moet dan met relatief minder mensen een groter deel van de lasten dragen.