Sociale zaken & Werkgelegenheid en Volksgezondheid
Hoofdpunten voor werkgevers uit de begroting 2026 Sociale Zaken & Werkgelegenheid
Werken moet lonend blijven
Het kabinet wil werken lonend houden en ongelijkheid tegengaan door onder andere hogere lonen, meer werkzekerheid en een gezonde werkomgeving. Het minimumjeugdloon gaat vanaf 2027 stapsgewijs omhoog. De kinderopvang wordt betaalbaarder met een nieuw stelsel vanaf 2029. Ook wil het kabinet de arbeidsmarkt toekomstbestendig maken met meer focus op kwaliteit van werk, eerlijkere regels voor zelfstandigen en werknemers en strengere regels voor uitzendbureaus.
Het ziekteverzuim is na een piek in 2022 gedaald naar 5,2% in 2024, maar het verzuimpercentage is nog altijd hoog ten opzichte van 2020 en de jaren daarvoor. Het percentage werknemers met een beroepsziekte is in 2023 en 2024 hoger dan de jaren daarvoor, maar is in 2024 wel iets gedaald ten opzichte van een jaar eerder.
Arbeids- ongeschiktheid
Beperking compensatieregeling transitievergoeding
Per 1 juli 2026 wordt de compensatieregeling transitievergoeding bij langdurige arbeidsongeschiktheid beperkt tot kleine werkgevers. Alleen kleine werkgevers ontvangen nog compensatie bij ontslag van langdurig arbeidsongeschikte werknemers. Dit sluit aan bij de definitie van kleine werkgever uit de Wet financiering sociale verzekeringen (Wfsv) en geldt ook bij beëindiging van een onderneming door pensionering of overlijden.
WIA- re-integratiemaatregelen
De 60-plusmaatregel wordt van 1 september 2025 tot 31 augustus 2027 heringevoerd. Hierdoor krijgen werknemers van 60 jaar of ouder die het einde van de wachttijd bereiken een vereenvoudigde WIA-claimbeoordeling. Dit leidt tot minder inzet van de verzekeringsarts en extra inzet van de arbeidsdeskundige, wat jaarlijks ongeveer 10.000 extra beoordelingen mogelijk maakt. Het tijdelijke beleid om WIA-voorschotten kwijt te schelden wordt structureel, zodat voorschotten niet teruggevorderd worden wanneer werknemers geen recht op een uitkering hebben en dit niet met andere uitkeringen kan worden verrekend.
Vereenvoudiging stelsel ziekte en arbeidsongeschiktheid
Het medisch advies van de bedrijfsarts is vanaf 1 januari 2028 leidend bij de toetsing van re-integratie-inspanningen door UWV. Hierdoor verdwijnen loonsancties bij meningsverschillen tussen bedrijfsarts en verzekeringsarts en krijgen werkgevers meer zekerheid. De maatregel praktisch beoordelen, die tijdelijk geldt tot 1 juli 2027, wordt structureel. Hierdoor krijgen gedeeltelijk werkende mensen sneller duidelijkheid, omdat de beoordeling van arbeidsongeschiktheid wordt gebaseerd op feitelijk verdiend inkomen en niet op theoretische berekeningen. Het UWV kan hierdoor meer beoordelingen per jaar uitvoeren.
Uitstel wetsvoorstel re-integratie tweede spoor
Uitstel wetsvoorstel re-integratie tweede spoor Het wetsvoorstel dat kleine en middelgrote werkgevers verplicht om zieke werknemers in het tweede ziektejaar te richten op re-integratie bij een andere werkgever wordt uitgesteld naar 1 januari 2030. Dit vanwege achterstanden bij de beoordelingen en extra uitvoeringscapaciteit bij UWV.
Wetsvoorstel meer zekerheid flexwerkers
Het kabinet verhoogt de zekerheid voor flexwerkers door nulurencontracten te vervangen door bandbreedtecontracten met meer rooster- en inkomenszekerheid. Ook worden onzekere fases van uitzendwerk verkort en misbruik van tijdelijke contracten voorkomen.
Het wetsvoorstel VBAR moet duidelijkheid gaan brengen wanneer iemand werknemer of zelfstandige is en creëert een rechtsvermoeden om schijnzelfstandigheid te voorkomen.
Daarnaast wordt gewerkt aan een basisverzekering voor arbeidsongeschiktheid voor zelfstandigen (BAZ), zodat zelfstandigen beter beschermd zijn tegen inkomensverlies bij langdurige arbeidsongeschiktheid. Dit zorgt voor een gelijker speelveld tussen zelfstandigen onderling en tussen zelfstandigen en werknemers. Ook beperkt dit de druk op algemene voorzieningen.
Sinds 2020 wordt de zelfstandigenaftrek in stappen verlaagd. In 2026 wordt de zelfstandigenaftrek verlaagd met € 1.270 van € 2.470 naar € 1.200. De zelfstandigenaftrek wordt verder verlaagd tot € 900 in 2027.
Zelfstandigen
Wendbaarheid voor werkgevers
Het kabinet werkt aan behoud van personeel tijdens crises om de economie draaiende te houden. De Noodwet Arbeidsvoorziening wordt herzien en het kabinet onderzoekt hoe arbeid bij militaire of hybride dreigingen soepel kan worden toegewezen. Met het Wetsvoorstel personeelsbehoud bij crisis krijgen werkgevers meer flexibiliteit en behouden werknemers meer kans op werk, terwijl levensvatbare bedrijven worden ondersteund. Vanaf 1 januari 2025 geldt een lager WW-tarief bij overwerk voor werknemers met een vast contract van meer dan 30 uur per week, waardoor werkgevers vastere contracten makkelijker kunnen aanbieden en beter bestand zijn tegen crises.
Het parlement werkt aan een wetsvoorstel om het verlofstelsel te vereenvoudigen. Door de jaren heen is het verlofstelsel meerdere keren uitgebreid. Daardoor hebben ouders meer mogelijkheden om hun werk te combineren met de zorg voor hun kinderen. Het stelsel is hierdoor complex geworden. Daarom werkt het parlement aan een wetsvoorstel om het huidige verlofstelsel te vereenvoudigen.
Vereenvoudiging verlofstelsel
Verlof en veiligheid
Arbeid en Zorg maakt het mogelijk om arbeid en zorg te combineren. In de Wet arbeid en zorg zijn de verlofregelingen opgenomen. Dit verlof kan worden gebruikt voor de zorg voor kinderen, de zorg voor naasten en bij calamiteiten. Er wordt op dit moment gewerkt aan het vereenvoudigen van het verlofstelsel. In 2025 volgt de eerste evaluatie van het betaald ouderschapsverlof. Hierin wordt gekeken naar het gebruik en de effecten van dit verlof. Ook de Wet flexibel werken valt onder het beleidsterrein Arbeid en Zorg. Door deze wet kunnen werknemers vragen om aanpassing van hun arbeidsduur, arbeidstijden en arbeidsplaats. In 2026 wordt de Wet flexibel werken opnieuw geëvalueerd.
Het Kabinet werkt ook aan meerdere thema’s uit de Arbovisie van 20409 . Gezond en veilig werken is niet altijd een vanzelfsprekendheid. Het doel van de Arbovisie 2040 is dan ook nul doden en fors minder ongevallen en zieken door werk. Daarnaast richt het kabinet zich op het vergroten van de werkbaarheid van arboregelgeving. Hiermee verminderen we de regeldruk. Dat doen we ook op het terrein van de RI&E en van gevaarlijke stoffen. Verder werken we aan de implementatie van de Europese asbestrichtlijn. In de periode 2020-2024 is het aandeel werknemers met een arbeidsongeval vrijwel stabiel en het aantal incidenten met gevaarlijke stoffen ligt tussen 0 en 3 per jaar.
Het kabinet introduceert een toelatingsstelsel voor uitzendbureaus, waarbij alleen uitleners die aan eisen voldoen arbeidskrachten mogen leveren. Dit beschermt kwetsbare werknemers, zoals arbeidsmigranten en bestrijdt uitbuiting. Een autoriteit binnen SZW beoordeelt toelatingen vanaf 2026. Voor sectoren met stelselmatige misstanden, zoals vlees, teelt, schoonmaak en transport, kunnen in- en uitleenverboden en aanvullende maatregelen worden toegepast. Tegelijkertijd wordt ingezet op gerichte en selectieve arbeidsmigratie.
Toelatingsstelsel voor uitzendbureaus
Loonkostenvoordeel (LKV) en Wet banenafspraken
Het LKV oudere werknemer wordt vanaf 1 januari 2025 verlaagd en afgeschaft per 1 januari 2026, voor dienstbetrekkingen vanaf 1 januari 2024.
Tegelijk vereenvoudigen onderdelen van de Wet banenafspraak het LKV doelgroep banenafspraak: geen doelgroepverklaring meer nodig, recht wordt structureel zolang de dienstbetrekking loopt en de doelgroep wordt gelijkgetrokken met de banenafspraak. Daarnaast wordt gewerkt aan een wetsvoorstel om mensen in WIA en WW die niet zelfstandig het minimumloon kunnen verdienen op te nemen in het doelgroepregister en hen loonkostensubsidie te bieden, met uitgangspunten die nog in 2025 worden vastgesteld.
De SLIM-subsidieregeling stimuleert leren en ontwikkelen in het MKB door subsidies te geven aan individuele ondernemingen en samenwerkingsverbanden voor scholingsonderzoek, loopbaanadvies en invoering van L&O-methodes, zoals bedrijfsscholen of periodieke ontwikkelgesprekken. De regeling is eind 2024 verlengd voor 5 jaar met € 71,9 miljoen beschikbaar in 2026 (structureel ongeveer € 41 miljoen).
Daarnaast is sinds maart 2025 een tijdelijke SLIM-scholingssubsidie beschikbaar voor maatschappelijk cruciale sectoren, gericht op praktijkgerichte opleidingen die instroom, doorstroom en overstap bevorderen. De subsidie kan doorlopend worden aangevraagd.
SLIM-subsidieregeling
Banenafspraak en quotum arbeidsbeperkten
De banenafspraak uit het Sociaal Akkoord (2013) streeft naar 125.000 banen voor mensen met een arbeidsbeperking bij reguliere werkgevers. Tot 2024 zijn echter slechts 89.616 banen gerealiseerd, ruim 25.000 minder dan gepland. Oorzaken zijn onder andere onbekendheid bij werkgevers, complexiteit van regelingen en beperkte beschikbaarheid van kandidaten.
Het Kabinet werkt aan verbetering van de banenafspraak, inclusief een lange termijnvisie gericht op de ondersteuningsbehoefte van mensen en een verbreding van de doelgroep, met loonkostensubsidie voor WIA-, WW- en mogelijk Wajong-gerechtigden. Het wetsvoorstel Vereenvoudigde banenafspraak is op 22 april 2025 aangenomen om de uitvoering te vereenvoudigen.
De AOW-leeftijd wordt geleidelijk verhoogd en gekoppeld aan levensverwachting vanaf 2025. De effecten op arbeidsparticipatie, uitkeringen, gezondheid en duurzame inzetbaarheid worden jaarlijks gemonitord tot 2027.
De pensioentransitie gaat zorgvuldig verder: steeds meer pensioenuitvoerders stappen in 2026 over naar nieuwe regelingen. De regelgeving wordt aangescherpt zodat deelnemers goed worden meegenomen. Het wetsvoorstel herziening bedrag ineens past technische regels aan rond de uitbetaling van maximaal 10% van het ouderdomspensioen, verkort de periode tussen pensioeningangsdatum en uitbetaling, vereenvoudigt de uitkeringsstroom en introduceert een keuzetool. Inwerkingtreding is gepland niet eerder dan 1 juli 2026, afhankelijk van het parlementaire proces.
Het wetsvoorstel toezeggingen pensioenonderwerpen bevat toezeggingen uit de Eerste Kamer, zoals het vrijwillig voortzetten van wezenpensioen, uniformering van het kindbegrip en verruiming van het overgangsrecht bij voortzetting van pensioen bij arbeidsongeschiktheid. Dit wetsvoorstel wordt in najaar 2025 aan de Tweede Kamer aangeboden.